Mening
Phara de Aguirre: “6 jaar aso is een tunnel”
Ooit was Phara de Aguirre een strever in een uniformschool. Vandaag leidt ze onbevreesd televisiedebatten in De Afspraak. Zou haar scherpe stijl ook in het onderwijs van pas komen? “Ik zou niet aan lesgeven toekomen.”
“Mijn vader was secretaris-generaal van de katholieke onderwijskoepel. Zijn 5 dochters stuurde hij naar een uniformschool, zijn 4 zonen naar een college. Ik zat daar op mijn plek. Pas later besefte ik dat ik opgroeide in een tunnel. 6 jaar lang in de aso-vleugel van een school zitten, zonder contact met de bso-/tso-leerlingen aan de andere kant van de straat? Dat is niet goed.”
Hoe kijk je terug op je schooltijd?
Phara: “Ik ging al vanaf mijn tweede naar school. Mijn vader redeneerde in schooljaren en zette ons een jaar te vroeg. Daardoor was ik altijd de jongste van de klas, maar dat vond ik niet erg.”
“Vanaf het derde leerjaar ging ik naar een grote school in Aalst. Dat was wennen: de eerste dag stond ik te wenen op de speelplaats. Maar op den duur werd het mijn school. Ik heb er 10 jaar gezeten en bewaar heel goede herinneringen aan die tijd.”
“De lat lag hoog, zowel thuis als op school. Pas op, ik zat ook in de jeugdbeweging en zong in het koor. Maar mijn schoolwerk mocht er niet onder lijden. Gelukkig heb ik altijd makkelijk gestudeerd. In die tijd gaven ze nog klasgemiddelden. Ik streed om de eerste plaats, aangemoedigd door mijn vader. Als jongste van de klas is dat me vaak gelukt. Klinkt stoeferig, hè?” (lacht)
“Mijn jongere broer had wel moeite met studeren. Hij wilde geen Latijn-Grieks doen, de richting die wij allemaal volgden. Toen hij in het derde jaar voor beide vakken een herexamen had, heeft mijn vader dagenlang met hem gestudeerd. Tevergeefs. Vanaf dan mochten we ook Latijn-Wetenschappen of Latijn-Wiskunde doen. Mijn vader was ervan overtuigd dat een richting met Latijn de beste opleiding was voor zijn 9 kinderen.”
Zelf heb je 4 kinderen. Hoe verliep hun schoolparcours?
Phara: “Ik liet mijn kinderen veel vrijer. Leren is meer dan punten en klasgemiddelden. Het is vooral belangrijk om de juiste studierichting te vinden. Want als een kind niet op zijn plaats zit, gaat het niet graag naar school.”
“Het was soms een zoektocht. Omdat mijn broers, zussen en ik allemaal humaniora hadden gedaan, kende ik te weinig van het ruime aanbod. Daarom raadde ik mijn kinderen aan te praten met mensen met uiteenlopende beroepen. Wat hebben ze gestudeerd? En zouden ze die keuze ook maken als ze mochten herbeginnen?”
Jij koos voor een studie pedagogie in Leuven.
“Ik wilde ‘iets met mensen’ doen en twijfelde tussen politieke en sociale wetenschappen, en pedagogie. Het werd het laatste. Na mijn studie bleef ik 6 jaar aan de universiteit als assistent, maar de academische wereld was niets voor mij. Ik moet naar buiten, dingen meemaken. Dus deed ik het journalistenexamen van de VRT.”
“Ik heb absoluut geen spijt dat ik niet meteen voor journalistiek koos. Ik ben blij dat ik ook andere werelden heb verkend: de academische wereld, en daarna beleidswerk bij Koninklijk Commissaris voor het Migrantenbeleid Paula D’Hondt. Je kan als journalist geen werelden genoeg kennen, zeg ik altijd tegen jongere collega’s.”
“Had ik op mijn zeventiende geweten dat ik journalist zou worden, dan had ik wel een andere studie gekozen. Ofwel geschiedenis, ofwel een vreemde taal. Ik vind dat nog altijd de beste opleiding voor een journalist. Hoe meer bagage je hebt, hoe beter je dingen kan begrijpen, interpreteren, uitleggen. Hoe meer talen je kent, hoe meer mensen je kan spreken.”
Heeft pedagogie je kijk op de wereld mee bepaald?
Phara: “Hoe je naar de dingen kijkt, ligt volgens mij al vast voor je gaat studeren. Ik was lid van de jeugdbeweging en sociaal geëngageerd. Daarom koos ik ook sociale pedagogie als afstudeerrichting: de tak die zich bezighoudt met jeugdwerk en vormingswerk van volwassenen. Van onderwijspedagogie bleef ik ver weg. Ik wist toen al dat ik te weinig geduld heb om voor een klas te staan.”
“Hoewel het ook inspireert om je kennis door te geven aan een nieuwe generatie, merk ik, nu ik ‘Interviewtechnieken’ doceer aan het Conservatorium in Antwerpen. Bij de toonmomenten zitten echte kippenvel-avonden. Maar ook als journalist leer ik van jonge mensen: van mijn collega’s op de redactie of tijdens interviews.”
Waarop moet onderwijs volgens jou focussen?
Phara: “Leerlingen moeten natuurlijk kennis verwerven. Maar hoe zorg je ervoor dat ze die kennis willen opnemen? Een goed voorbeeld is misschien een Koppen-reportage die ik een paar jaar geleden maakte, over de gevaren van sociale media.”
“Fantastische actie van een school in Mol: iemand van de IT-afdeling maakte een vals profiel aan en verstuurde vriendschapsverzoeken naar leerlingen. Beangstigend hoe gemakkelijk ze zich lieten foppen! Natuurlijk is zo’n actie op het randje, maar ik ben ervan overtuigd dat het meer indruk maakt dan een theorieles.”
“Maar onderwijs mag zich niet beperken tot kennisoverdracht. Je zit niet met 20 robotten in de klas maar met 20 jonge mensen, die elk een eigen verhaal hebben. Als ik leraar was, zou ik al die verhalen willen kennen. Ik zou niet aan lesgeven toekomen!”
Als journalist bezocht je conflictgebieden. Hoe is het onderwijs daar?
Phara: “Voor het programma Weg van België bezocht ik een uitgewezen Kosovaars gezin. De school van die kinderen: hallucinant. Er was onvoldoende plaats om iedereen tegelijk les te geven, dus ging de zus in de voormiddag en de broer in de namiddag. En het onderwijssysteem was vreselijk, gewoon lessen opdreunen. Dan besef je hoe fantastisch Vlaamse scholen zijn.”
“En dat is dan nog ‘maar’ Kosovo, de rand van Europa. In een vluchtelingenkamp in Noord-Irak sprak ik jongeren op weg naar de school van UNICEF. Allemaal wilden ze leraar of dokter worden. Onderwijs, of liever het gebrek daaraan, is een reden waarom mensen vluchten. In Istanbul ontmoette ik een Syrisch meisje van 9 dat al 2 jaar niet naar school was geweest. Die achterstand is niet meer in te halen.”
Hoe kijk je naar nieuwkomers in ons onderwijs?
Phara: “Voor Canvas volgde ik 5 jaar lang een groep vluchtelingen. Kinderen die hier met hun ouders arriveren, leren ontzettend snel Nederlands. De lagere school is echt een taalbad. Pubers die hier alleen aankomen, hebben het veel moeilijker. Zij moeten én Nederlands leren én de juiste studierichting kiezen. En de overtocht vertraagt hen. Ze zijn 17 en zitten in het derde secundair, emotioneel weegt dat. Ik zag ze zwoegen. Velen belandden door de taalbarrière in een andere richting dan die waarvan ze droomden voor ze naar hier kwamen.”
“Wat hen helpt? Bij de jongeren uit mijn tv-reeks, duikt in alle succesverhalen een vertrouwensfiguur op. Een Belg die zich over de vluchteling ontfermt. Zelf kan ik dat niet doen, als journalist moet je een zekere afstand bewaren. Maar misschien ga ik op mijn oude dag nog lesgeven in een OKAN-klas, zoals VRT-collega Brigitte Vermeersch. Of Nederlands als tweede taal aan volwassenen. Het probleem is dat ik ook daar meer zou willen interviewen dan lesgeven.”
Log in om te bewaren
Jan T'Sas
20 september 2019Heel fijn interview dat nog maar eens duidelijk maakt hoe belangrijk goed en hedendaags onderwijs is, en zo mogelijk nog belangrijker is het een ruim beeld te hebben van de wereld. De een noemt dat kennis, de ander ervaring, nog een ander de vaardigheid om verbanden te leggen of de attitude om open te staan voor wat niet onder de kerktoren staat. Het plaatst een aantal oeverloze discussies over de kwaliteit van ons onderwijs, waaronder zeker het oneliner-discours van sommige politici, in het juiste perspectief: dat van tijdverlies.
Karina Verhoeven
17 oktober 2019Heel blij dit interview te lezen. Het doet me nog meer beseffen dat focus op talent in plaats van focus op diploma belangrijk zijn. Ik kende haar papa in het begin van mijn loopbaan aan het Centrum voor Andragogiek van de Universiteit Antwerpen. Hij was een inspirerende spreker én zijn dochter doet dat telkens weer en nu in het belang van het onderwijs, proficiat.
Laat een reactie achter