Vlaanderen
Klasse.be

Specialist

Gouden weken: “Meer dan kennismakingsrondje in elke les”

  • Laatste wijziging: 30 augustus 2024
  • 6 minuten lezen

De eerste weken van het schooljaar zijn cruciaal voor de groepsdynamiek in de klas én het leerrendement van je leerlingen, zegt Alain Noëz, pedagogisch begeleider bij Katholiek Onderwijs Vlaanderen. “Startdagen zijn geen verplicht nummer of pr-stunt.”

Alain Noëz, pedagogisch begeleider van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen
Alain Noëz: “De eerste weken leg je een fundering voor het hele schooljaar.”

De eerste weken van het schooljaar noemt men de ‘gouden weken’. Waarom?

Alain Noëz: “Je legt dan een fundering. Je vergaart info over je klas om je pedagogisch-didactische aanpak uit te tekenen. Als je je groep goed kent, kan je effectief lesgeven. Daarom zijn de septemberweken van ‘goudwaarde’. De term is van de Nederlandse auteur Boaz Bijleveld. Hij wijst op het belang van groepsdynamica en inspireert zich op de stadia van groepsvorming.”
“Dat model biedt voer om te reflecteren over jouw klasgroep. We denken dat het leren vlotter loopt als je je klas van bij de start goed managet en tot een sterke, veilige groep uitbouwt. Want dan weet je in welke klas je veel structuur moet bieden, in welke klas je de leerlingen wat ruimte kan geven, hoe je kan differentiëren, hen kan laten participeren …”

Veel leraren zetten hun eerste les alvast in met een korte kennismaking ter wille van de klassfeer.

Alain Noëz: “Inderdaad, maar als leerlingen in elk vak apart op dezelfde manier met elkaar kennismaken, kan het al gauw wat vervelend worden. Spreek dus liever met je team af wie welke kennismakingsactiviteit doet: wie visualiseert de klasafspraken, wie laat de leerlingen al eens coöperatief samenwerken, wie verkent de behoeften van de groep?”
“Vaak hangt de aandacht voor groepsdynamica ook af van een welwillende leraar. Sommige leraren vinden het tijdsverlies, alweer iets erbovenop, of iets voor de klastitularis. Terwijl het hele team aan dezelfde klasgroepen lesgeeft en er baat bij heeft dat de groepsdynamiek goed zit.”
“Bovendien kan je aan zulke activiteiten ineens leerdoelen koppelen: naar elkaar leren luisteren en praten met elkaar, je noden onder woorden leren brengen, zijn vaardigheden die je dan kan oefenen.”
“De kennismaking hoeft ook niet op hobby’s en interesses gericht te zijn. Je kan vakgericht inchecken en intussen voorkennis ophalen. Voor het vak geschiedenis even peilen wat leerlingen over een bepaalde historische periode weten bijvoorbeeld. Of iemand die een boek over de Romeinen las, kan dat later eens voorstellen aan de anderen.”

Je suggereert om tijdens startdagen of -weken te werken met een specifiek uurrooster.

Alain Noëz: “We bevelen dat aan als de context erom vraagt. Zo creëer je ruimte om kennismakingsactiviteiten op te zetten, samen te werken met collega’s … Scholen zien de klassieke startdagen in september soms als een pr-stunt en sturen leerlingen op citytrip of op sport-tweedaagse. Maar voor veel leraren voelen ze als een verplicht nummertje zonder duidelijke meerwaarde. Terwijl goed uitgewerkte startdagen net essentieel zijn om je de noden van je leerlingen te leren kennen en je didactiek erop af te stemmen.”

“Jongeren hebben elkaar vaak ook 2 maanden lang niet meer ontmoet, ze zijn het niet altijd meer gewoon om in een grote groep te functioneren. Met groepsvormende en verkennende activiteiten oefenen ze die vaardigheden opnieuw.”

In grote groepen functioneren, dat zijn sommige leerlingen na de zomer niet meer gewoon.

Alain Noëz
onderwijsexpert

Hoe zorg je ervoor dat leerlingen socio-emotioneel klaar zijn om te leren?

Alain Noëz: “Een 1-op-1-gesprek met elke leerling is tijdrovend, ik ben daarom voorstander van proactieve cirkels. Een kringgesprek is niet zomaar wat gepalaver. Je structureert door vooraf het onderwerp en duidelijke afspraken vast te leggen: leerlingen mogen elkaar niet onderbreken, je geeft geen feedback op de feedback, een leerling mag passen als hij het woord krijgt. Na de cirkel bedank je iedereen voor zijn inbreng. Zo leren je leerlingen naar elkaar luisteren.”

“In september kan je met deze methodiek gericht peilen naar de ervaringen en de behoeften van de leerlingen. Denk daarbij aan de ‘ijsbergtheorie’: het gedrag is het zichtbare deel van de ijsberg. Die kleine top geeft iets prijs over de emoties en nog dieper de behoeften van leerlingen. Met een cirkelgesprek kijk je ‘onder water’.”

Alain Noëz, pedagogisch begeleider van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen
Alain Noëz: “Vraag ook de klastitularis en andere collega’s van vorig jaar naar het leerproces van je leerlingen.”

En hoe meet je waar de leerlingen op cognitief vlak staan?

Alain Noëz: “Starten met een klassieke test of screening kan natuurlijk. Maar zo’n toets moet meer informatie dan louter punten opleveren. Het resultaat moet vooral jou als leraar vooruit helpen: ‘Wat leer ik uit die testresultaten voor de didactische aanpak van deze leerlingen en klas, hoe pas ik mijn traject aan?’ Met een cirkelgesprek kan je ook naar de voorkennis van de leerlingen peilen. Je vraagt wat de leerlingen nog weten van vorig schooljaar. Zo merk je snel wie helemaal mee is en wie je moet bijspijkeren.”

“Vraag ook de klastitularis en andere collega’s van vorig jaar naar het leerproces van je leerlingen. We raden scholen aan om daartoe in september een portretterende klassenraad te organiseren. Sommige leraren horen vooraf liever niet te veel over hun nieuwe leerlingen. Ze willen starten met een ‘blanco blad’. Maar als professional is het noodzakelijk op tijd te weten wanneer jongeren tegen bepaalde grenzen aanlopen. Dan kan je snel ingrijpen en vaar je die eerste weken niet blind.”

Vertrek van de leerlingen om je methode te bepalen, niet omgekeerd

Alain Noëz
onderwijsexpert

Hoe ga je aan de slag met alle info uit de portretterende klassenraad, de cirkelgesprekken en je eigen observaties?

Alain Noëz: “Misschien merk je dat je collectief moet herhalen of een stap terug moet zetten in het leerproces. Dat je meer moet differentiëren, of werken in niveaugroepen. Je kan een aantal taken meegeven aan leerlingen met een achterstand of tijdens een les even apart met hen aan de slag gaan. Laat je lesvoorbereiding los als dat nodig is. Kortom: vertrek van de leerlingen om je methode te bepalen, niet omgekeerd.”

Alain Noëz, pedagogisch begeleider van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen
Alain Noëz: “Denk ook niet te sterk in weken of in een tijdspad. Observeer het hele jaar in welke fase je groep zit.”

Garanderen geslaagde gouden weken een schooljaar lang goede groepsdynamiek?

Alain Noëz: “Worden ze goed georganiseerd, dan verrijken de gouden weken je school. Ze zorgen voor warme verbinding, maar ook voor duidelijkheid, voorspelbaarheid en structuur. Natuurlijk zijn er groepen die lang in de storming-fase blijven hangen. En op scharniermomenten tijdens het schooljaar kunnen klasgroepen veranderen. Denk aan de heroriënteringen na de kerstvakantie.
De terugkomst in januari noemt Boas Bijleveld daarom de zilveren weken. Spreek na elke verandering van de groep je verwachtingen uit. Speel bewust in op die verbinding.”
“Ook tijdens de ‘bronzen weken’ aan het einde van een schooljaar, staat de verbinding in relaties op de helling staan. Het nakende afscheid en de overgang naar het secundair brengen voor de leerlingen van het zesde leerjaar heel wat emoties met zich mee. Daardoor kunnen ze sneller in conflict komen met elkaar. Geef genoeg tijd, aandacht en taal geven aan deze emoties, in een proactieve cirkel, bijvoorbeeld. Zo effen je het pad voor een mooi afscheid.”
“Goud, zilver of brons, die termen helpen om het bewustzijn rond groepsdynamica te vergroten. Maar denk ook niet te sterk in weken of in een tijdspad. Observeer het hele jaar in welke fase je groep zit. Loopt het moeilijk met een klas, dan kaart je dat best even aan in de klassenraad vanuit de handelingsgerichte principes. Wissel uit met je collega’s: hebben we dezelfde ervaringen met die groep? Hebben we al regels vastgelegd? Doet iemand iets wat werkt bij deze groep? Dankzij die aandacht voor groepsdynamica zie je hopelijk ook je hoge verwachtingen op kennisvlak vlotter in vervulling gaan.”

Femke Van De Pontseele

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


L

Li's

27 augustus 2020

Hebben jullie een voorbeeld van zo'n placemat? Want behoeften en leerdoelen zijn erg abstracte woorden. Ik ben benieuwd hoe hij dit vertaalt naar leerlingen (3-6 secundair).
Ik vermoed dat de 'handleiding van Josfien' in de buurt komt, maar zijn placemat lijkt me nog dieper gaan?

Reageren
F

Femke Van De Pontseele

1 september 2020

Dag Li's,

We voegden de placemat toe in het artikel, via deze link: https://cdn.klasse.be/wp/wp-content/uploads/2020/08/placemat-versie-september.pdf
Veel succes!

Femke

Reageren
L

Lut

28 augustus 2020

Ik zou ook heel graag zo'n concreet voorbeeld van een placemat zien voor 5e en 6e-jaars humaniora. Handig om op 1/9 te gebruiken wanneer we een hele voormiddag als klascoach bij onze klas zijn.
Dank.

Reageren
F

Femke Van De Pontseele

1 september 2020

Dag Lut,

We voegden de placemat toe in het artikel, via deze link: https://cdn.klasse.be/wp/wp-content/uploads/2020/08/placemat-versie-september.pdf
Veel succes!

Femke

Reageren

Laat een reactie achter