Doe het zelf
Zo verbeter je de sfeer onder de collega’s
Je brengt veel tijd door met je collega’s. Dus maak je van je school maar beter een positieve werkplek met fijne contacten. Ook al doe je je job als leraar supergraag, een slechte sfeer op het werk kan moordend zijn. Met deze 12 tips investeer je in een collegiale sfeer én in elkaars welbevinden.
1. Doe dingen samen
Spanningen vermijden of verminderen kan je door af en toe iets met je collega’s te doen wat niet met het werk te maken heeft: een afterworkdrink op vrijdag, lunch klaarmaken voor elkaar, een fietstocht … Ook je directeur gaat ongetwijfeld graag mee!
2. Koetjes en kalfjes
Een luchtige conversatie tussendoor maakt de ‘serieuzere’ gesprekken over leerplandoelstellingen en leerlingendossiers lichter verteerbaar. Maak dus tijd voor elkaar, besef dat je collega ook een privéleven heeft en vraag er af en toe eens naar. Vergeet zijn of haar verjaardag niet (een klein cadeautje mag, maar moet niet)!
Diepgaand kunnen filosoferen met ál je collega’s, hoeft niet. Als het met een bepaalde collega minder goed klikt, hou het met hem of haar dan gewoon bij small talk: weekendplannen, het weer … thema’s genoeg. Maar erken ook dat niet iedereen per se jouw interesses hoeft te delen.
3. Help elkaar
Zie je je collega met een overvolle plooibox sleuren? Sukkelen met de kopieermachine? Zuchten bij het verbeteren van een toets? Stap eropaf en vraag of je kan helpen. Of breng hem of haar een koffie mee uit de automaat. Heb je zelf een probleem waar je niet uit geraakt? Vraag een collega om advies. Hij of zij zal zich gevleid voelen omdat je hem of haar vertrouwt. En vertrouwen geven stimuleert ook vertrouwen krijgen.
4. Hou het proper
Rommel, vuil en geurtjes zijn een bron van ergernis. En een rommelige omgeving trekt ook nieuwe rommel aan. Hou de ruimtes die je deelt met je collega’s proper: veeg de koffievlekken van de vergadertafel, laat je klokhuis niet liggen aan de pc, zet het raam open nadat je een dampende kom soep leeg lepelde …
5. Inspireer elkaar (en doe elkaar lachen)
Er circuleren talloze inspirerende, grappige, ontroerende foto’s, filmpjes, artikels, spreuken … online en op papier. Kom je iets tegen wat de moeite waard is? Deel het met je collega’s via je e-platform of het prikbord in de lerarenkamer.
6. Zorg voor lekkers
Collegialiteit gaat ook door de maag! Spreek een beurtrol af om met iets kleins te trakteren: een zelfgebakken cake, fruitbrochettes, wafeltjes die je kocht van de jeugdbeweging … Wacht niet tot je jarig bent, er zijn vast wel vaker redenen om (met mate) te vieren: een project op school tot een goed einde gebracht? Zoon of dochter een diploma behaald? Feestje!
7. Toon je hart
Spoor je collega’s aan om met z’n allen een goed doel te steunen: Music for Life, bloed geven, Kom op Tegen Kanker … Samen goed doen doet goed!
8. Kom buiten
Gebeurt vergaderen altijd op school? Als die warm is ingericht, is dat alvast een welverdiende 8 voor sfeer en gezelligheid. Denk: planten, kussentjes … Maar weet ook dat sommige mensen beter werken in een strakkere omgeving, dus overdrijf daar niet in. Zoek ook eens een andere plek, dat inspireert. Mooi weer? Trek naar buiten!
9. Gun elkaar succes
Net als jij, krijgen je collega’s ook graag verantwoordelijkheid, inspraak, zelfstandigheid én de kans om zich te tonen. Ambitieus zijn mag best, zolang je daardoor geen andere collega’s benadeelt. Een complimentje of schouderklop (ook van de directeur!) werken dan ook beter dan jaloezie. Successen van anderen erkennen leidt tot meer (gezamenlijk) succes!
10. Praat erover
Heb je het gevoel dat er een slechte sfeer hangt? De eerste stap is het probleem aankaarten bij anderen, ook als is dat niet altijd makkelijk. Merken zij het ook of niet? Hoe meer je er samen over praat, hoe meer inzicht je krijgt in de situatie.
Als je je stoort aan het gedrag van een collega, kan je hem of haar daar op een respectvolle manier mee confronteren. Vraag: “Waarom ben je jaloers?” Of: “Waarom roddel je achter mijn rug?”. Laat stinkende potjes niet afgedekt.
11. Ga ermee verder
Als blijkt dat jij de enige bent die de negatieve vibes voelt, of als de situatie té gevoelig ligt, kan je daarmee naar je directeur of de vertrouwenspersoon op school stappen. Vertel wat je dwarsligt en leg uit waarom je je niet optimaal voelt. Enkele kleine aanpassingen kunnen soms wonderen doen.
Ook als je collega’s wél de spanningen aanvoelen, kan je je directeur vragen om een groepsgesprek. Zo kan iedereen zijn gevoelens uiten. Via zo’n ‘officieel kanaal’, is de kans ook kleiner dat de zaken uit de hand lopen.
12. En wat met de directeur?
Net als tegenover je collega’s, kan je het niet maken om niet respectvol te zijn tegenover je leidinggevende. Bedenk daarnaast dat ook je directeur wellicht een mens is met nood aan fijne relaties met zijn of haar collega’s. Blijf wel gewoon jezelf in je contact met de directeur. Erken af en toe ook zijn of haar competenties, zonder te gaan hielenlikken.
Je mag het ook best af en toe niet eens zijn met je directeur, als je daar maar kan over argumenteren in een constructief gesprek: leg je visie uit, geef voorbeelden … Weet wel dat je op het eind niet per se je gelijk zal halen.
Deze tips kwamen tot stand in samenwerking met hoogleraar Roland Pepermans, die Arbeids- & Organisatiepsychologie doceert aan de Vrije Universiteit Brussel.
Log in om te bewaren
Sabine
12 november 2016Zeer interessante tips, maar wat als je je collega's (bijna) nooit ziet, omdat je op verschillende scholen of locaties of andere dagen werkt?
Laat een reactie achter