Met je Lerarenkaart
Op klasuitstap door de zalen van Concertgebouw Circuit in Brugge
Dat er muziek zit in het Concertgebouw van Brugge, hadden de derdejaars van MSKA Roeselare wel verwacht. Maar er schuilt meer achter de geluidsdichte muren van dit wereldbefaamde bouwwerk. Redacteur Klara volgt samen met muziekleraar Thomas hun klasbezoek met interactieve rondleiding, die de geheimen van akoestiek, geluid en klankkunst onthult.
Dat het concertgebouw een doolhof lijkt, toont onze gids Tim Theo op de maquette bij de start van onze tour. Maar Marijke weet precies aan te duiden waar we ons bevinden.
“Hier ben ik al eens geweest”, pronkt Jonas lacherig. “In de ondergrondse parkeergarage.” Tim Theo laat zich niet uit zijn lood slaan. “Super!” zegt hij. “Straks meer over wat er onder dit gebouw zit”. En hij vestigt onze aandacht op de 2 muziekzalen: die voor kamermuziek en de Concertzaal.
Klassiek maar niet saai
“Violen, snaar, Mozart, orkest, Klara, Beethoven.” Zo luidt het antwoord op de vraag wat klassieke muziek bij ons oproept. Wie het woord ‘saai’ had verwacht, vergist zich.
Tim Theo polst verder naar wie de ‘Vijfde Symfonie van Beethoven’ kent. “Ken ik niks van”, denkt Maybel luidop. Tot hij er uit volle borst “pa-pa-pa-PAAAM” aan toevoegt. De toon is gezet, de blikken staan op nieuwsgierig en de neuzen in dezelfde richting.
Slakkenhuis
De vierde etage van de Kamermuziekzaal is onze eerste stop. Van bovenaf in het slakkenhuis kijken we naar het podium met vleugelpiano beneden.
“Hier zit je altijd op de eerste rij en de akoestiek is onevenaarbaar. Zelfs vanuit het buitenland komen artiesten naar Brugge voor opnames”, vertelt Tim Theo.
Orange is the new black
Tim Theo verklapt ons dat er in Brugge aanvankelijk protest was tegen het ultramoderne concertgebouw. Nochtans maakte de architect bewust verbinding met de stad en haar burgers. Die zit in de terracotta tegels die het gebouw zijn oranje kleur geven.
“Waar zie je die kleur nog?” vraagt Tim Theo. “Op de daken!” Er volgt een weetje: zwarte daken waren van de rijken, terracotta pannen kleurden de daken van gewone burgers.”
Muisstil
We dalen af naar het gelijkvloers. Buiten op ‘t Zand zien we ziekenwagens, paardenkoetsen en bussen af en aan rijden. “Wat hoor je?” vraagt onze gids. “Niks”, beseft Mauricio.
Met een tamboerijn, een druppeltje in water en een stuiterbal toont Tim Theo ons hoe dat komt. We zien letterlijk wat geluid is, hoe geluid zich in golven verspreidt en weerkaatst op verschillende soorten materialen.
Wist jij dat?
Dan roept hij luidkeels “Leo!”. Boris verwacht een echo, maar die blijft uit. Tim Theo introduceert de term ‘nagalmtijd’ en nodigt ons uit rond te kijken in de Kamermuziekzaal.
Som eens op wat hier gedaan werd om die nagalmtijd in te perken, klinkt het. “Gordijnen, geribbelde houten panelen, ramen met vierdubbele beglazing, met stof beklede stoelen …” Zelfs onze eigen kledij zorgt mee voor een uitstekende akoestiek, leren we!
Springlevend
“Jonas, jij was al in de Interparking hieronder. Waarom voelen we de trillingen van die ondergrondse parking niet?” vraagt Tim Theo als we uit de Kamermuziekzaal via de vestiaire in de grote lobby verzamelen.
Springveren blijken het geheim. Jonas en zijn klasgenoten kijken wat vertwijfeld. “Heel dit gebouw staat op veren die de trillingen opvangen”, verduidelijkt Tim Theo. Natuurlijk testen we dat even uit met een sprongetje, maar voor een trampoline-effect zouden we toch wat talrijker moeten zijn, beseffen we lachend.
WAFDA?!
Dat Tim Theo graag verrast met bizarre vragen, hebben we allemaal al door. Dus doen we gretig mee met de volgende opdracht. Op ‘drie’ roepen we “WAFDA!” in koor. Dan tellen we de nagalmtijd. “In deze hal is die veel langer.” Alsof we ons in een kerk bevinden. De ‘kathedraal’ van het concertgebouw is dus ideaal voor koren en kerkmuziek.
Tim Theo houdt een klein muziekorgeltje in de lucht. Dat is nauwelijks hoorbaar. Maar als hij het op de metalen statafel plaatst, klinkt het verbazend luid. Hoe trillingen zich in middenstof verplaatsen, zoals in lucht of water, heeft hij ons daarmee op vernuftige wijze getoond.
Klein maar fijn
Als sardientjes in een blik troepen we vervolgens samen in de kleine donkere ruimte buiten aan de Concertzaal. Opnieuw doen we de WAFDA-test. “0,4 seconden!” schat Jonas de nagalmtijd in. Het voelt en klinkt alsof we in een doos zitten.
Mauricio en Maybel merken het tapijt en de geribbelde met hout bezette wanden op. We zitten in de ‘luchtruimtes’, tussenruimtes rond de grote Concertzaal, die mee zorgen voor de uitstekende akoestiek.
Leeg is vol
We betreden de imposante Concertzaal. “Welke zaken die geluid beïnvloeden zie je ?” Maybel vermoedt dat de kleurrijke geribbelde wanden met stof bekleed zijn. “Haha, nee, da’s hout!” denkt Dangka beter te weten. Maar het blijkt pleister.
We nemen plaats op de met stof beklede stoelen. Akoestische torens op het podium kunnen verplaatst en ingezet worden om het geluid terug de zaal in te sturen.
“Wat doe je als je naar iemand roept aan de overkant van de speelplaats?” Enkele handen vormen een trechter. De zaal is ook in trechtervorm gebouwd. Gevolg? De zaal klinkt altijd hetzelfde, of die nu leeg is of vol.
The Voice
“Moet je uitgenodigd worden om deze zaal te gebruiken?” vraagt aankomend zangtalent Adina. Medewerker Lieze licht toe hoe concerten en performances worden geprogrammeerd.
“Daarvoor zorgt een team en artistiek directeur”, voegt Tim Theo toe. Alex Agnew, Natalia, Metejoor … bekende artiesten betalen dan weer veel geld om de zaal te gebruiken.
Terwijl leraar Thomas vraagt naar podiumkansen voor jong talent, en samen met Tim Theo een plan van aanpak bedenkt voor Adina, beëindigen we de rondleiding met een streepje klankkunst.
Alles kan muziek zijn
In de trappenhal klinkt boven onze hoofden uit oude Sovjet-luidsprekers het gezoem van bijen. John Cage maakte furore (en furie bij sommigen) met zijn 4’33 stilte aan de piano waarbij hij enkel af en toe een blad omsloeg.
We luisteren naar ‘Poème électronique’, een klankkunstwerk van Edgard Varèse met mechanische geluiden. “Is dat ook muziek?”
Muziek maken
Vervolgens maken we onze eigen klankkunstwerken in de Sound Factory met 3 verschillende opstellingen. De eerste groep gaat naar de pc’s. Daar werken de jongeren in duo’s aan hun eigen sample.
Kasper werkte met 3 audiolijnen in zijn sample. “Hoe heb je dat gedaan?” vragen Nona en Marijke, de makers van ‘Get up’, zich af. Yentel en Paula creëerden een sample van 8 minuten ‘Lang maar slay’. Boris’ ‘Untitled’ is geïnspireerd op poppy drums en rapsongs. Trots presenteren ze hun resultaten die telkens op applaus worden onthaald.
Een tweede groep start bij de Omni, een toestel dat lijkt op een reusachtige, ronde, kleurrijke xylofoon. Daar tokkelen ze op het ritme dat de dirigent van de groep aangeeft. Boycotters worden snel op de vingers getikt. Dit samenspel is te mooi om te breken, vindt Maybel.
“Je hebt niet alle noten nodig om muziek te maken”, weet leraar Thomas. Een derde groep staat aan de Kilo Ohm, 5 muzikale zuilen die reageren op aanraking. Ze zetten lijf en leden in om te experimenteren met muziek, ritmes en klanken. Mario weet de Kilo Ohm zelfs met zijn neus te bespelen. Kasper raadt welk muzikaal patroon Boris op de zuilen aangeeft.
It’s a wrap! Het dak gaat eraf. We snuiven nog even de Brugse lucht vanop het dakterras en luiden dan de bel die het einde van deze muzikale uitstap beklinkt. Benieuwd naar de nagalmtijd van hun ervaring.
Over Concertgebouw Brugge
We volgden de Sound Factory voor leerlingen vanaf het 2de leerjaar, tot studenten uit het hoger onderwijs. Met een gids ga je op ontdekkingstocht doorheen het Concertgebouw. Experimenterend ontdekken je leerlingen de werking van akoestiek, het effect van geluid en de wereld van de klankkunst. Vervolgens leeft de groep zich uit op klankinstallaties. Op iMacs maken ze soundscapes, op de Omni zoeken en werken ze met klankpatronen en op de Kilo Ohm is het volop experimenteren en improviseren.
- Concertgebouw Brugge – ‘t Zand 34 – 8000 BRUGGE
- 2 euro korting met je Lerarenkaart. Je betaalt 10 euro in plaats van 12 euro voor het Concertgebouw Circuit.
- Het Concertgebouw ligt op 12 minuutjes wandelen van het Station van Brugge.
- In het Concertgebouw vind je de Concertzaal, de Kamermuziekzaal, workshopruimtes en het Concertgebouw Café. Er is een vestiaire en lockers. Picknicken kan je aan de tafeltjes in de inkomhal.
- Er is een ruim educatief aanbod op maat van je klas. Er zijn voorstellingen, workshops en rondleidingen voor zowel basis, secundair en hoger en deeltijds kunstonderwijs:
- Een workshop Sound Factory duurt 2 uur. Je betaalt 95 euro voor een groep van max. 25 leerlingen.
- Een rondleiding duurt 1,5 uur en is 75 euro voor max. 25 leerlingen.
- Bij een Open Repetitie beleef je muziek en het orkest van heel dichtbij. De kostprijs bedraagt 5 euro per leerling voor ruim 1,5 uur.
- Voor de 3e graad van het secundair onderwijs is er ook Acoustic Power, een muzikaal 3-luik met een workshop, DIY-wedstrijd en concert.
- Voor voorstellingen geniet iedereen jonger dan 26 jaar, 50% korting. Voor ‘7×7 voorstellingen’ betaal je slechts 7 euro per voorstelling.
- Maak gebruik van gratis busvervoer met dynamoOPWEG en laat je inspireren door het dynamoPROJECT ‘Soundscapes met bijen’.
Log in om te bewaren