Vlaanderen
Klasse.be

Blog

“Die van beroeps”

  • 31 mei 2023
  • 3 minuten lezen

Het beeld van het beroepsonderwijs verdient een grondige poetsbeurt, vindt Leraar van het Jaar en lerarenopleider Hanne Rosius. Ze roept iedereen op om de handschoen op te nemen.


Wilde verhalen over ‘die van het beroeps’, natuurlijk ken je die ook. Ik hoor ze gelukkig al sinds mijn kindertijd af en toe ontkracht worden. Mijn 90-jarige grootmoeder stond haar hele leven in het beroepsonderwijs als leraar snit en naad. Als ‘coupe regentes’, zegt ze zelf. Mijn oom vertelde me onlangs dat de boodschap in de video van Leraar van het Jaar hem positief verraste. Dat er goud in bso zit, stond in schril contrast met zijn beeld, opgetrokken uit verhalen die vaak wortelen in onwetendheid.

Mag ik ook mijn verhalen vertellen? Over die ene keer dat we samen met de studenten een dag praktijkvakken volgen. Mijn opdracht is simpel: bouw een rechte muur. Ik sukkel met hoekmeting (blos op mijn wangen: kreeg ik ooit 8 uur wiskunde per week?) en in mijn ooghoek zie ik het metselkoord van mijn collega voor de tweede keer knappen. Gelukkig flankeren behulpzame leerlingen ons. Ze werken ons bij – de ene met vlotte woorden, de andere vooral met gebaren en geduld -, tot het beter lukt.

Brein- of handslim? Het is maar wat je afweegt.

Hanne Rosius
lerarenopleider PXL

Of over die andere keer dat de Scholierenkoepel me met de actie ‘Terug naar de klas’ naar 2B brengt. Tijdens het tweede lesuur leer ik de basis van krultechnieken. Mijn rechte scheidingslijn is krom, mijn eerste lok te lang en mijn vingertop brandt zich aan de stijltang. Het kost de tiener naast mij allemaal verbluffend weinig moeite. Ze is geknipt voor de kappersstiel. Sterker nog: spontaan neemt ze me apart en haar vakkundige instructies gidsen me naar enkele behoorlijke, krullende lokken.

Ondertussen staat een BMX met een losse ketting al 7 maanden in mijn tuinhuis te roesten en loopt mijn wasmachine weer eens vast. Brein- of handslim? Het is maar wat je afweegt. Omdat ik voortdurend bso-leerlingen tegenkom die steengoed zijn in hun vak, deel ik mijn verhalen gretig. “Lesgeven in het beroeps is hard, maar ook hartverwarmend”, stelt een leraar in een krant. De nagel op de kop. Maar veel vaker halen clichés over ‘die van beroeps’ het van nuance en waardering.

Hoog tijd om grote kuis te houden in de maatschappelijke perceptie. Veeg als leraar vooroordelen buiten door in je A-stroom-klas het gedicht ‘Losgeld’ van Ruth Lasters en haar leerlingen te analyseren. Doe als directeur leerlingen en hun ouders glimmen van trots bij hun doordachte keuze voor een beroepsrichting. En boen als beleidsmakers mee het imago van het beroepsonderwijs op. Alleen als we allemaal samen een poetsteam vormen, krijgen we die lang uitgestelde lenteschoonmaak eindelijk rond. 


Hanne Rosius is lerarenopleider PAV aan PXL Education. Ze staat al 20 jaar voor de klas en is Leraar van het jaar 2022.

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


E

Eric Maertens

1 juni 2023

Voor BSO en TSO is het misgelopen tengevolge van de onderwijshervorming die enkele jaren geleden van start is gegaan.

Dit is/was geen hervorming of vernieuwing .
De beschotten werden behouden en het watervalsysteem bestaat nog altijd.
Men legt ook veel te veel te nadruk op werken met de handen.

De kerncomponenten van techniek zijn immers begrijpen, hanteren en duiden. Er is te weinig aandacht voor begrijpen en duiden. Op alle niveaus moet techniek begrepen worden en in verband gebracht worden met milieu en de maatschappij.

Duaal leren staat haaks op poging om het technisch onderwijs uit het verdoemhoekje te halen.

Ook het invoeren van STEM opleidingen in het ASO doen het technisch onderwijs de das om.

Als men verder blijft denken over technisch onderwijs zoals in het artikel beschreven gaat men volledig de verkeerde weg op en is het ten dode opgeschreven .

Er is werk aan de winkel om het tij alsnog te kunnen keren.

Reageren
E

Eric Maertens

1 juni 2023

Voor BSO en TSO is het misgelopen tengevolge van de onderwijshervorming die enkele jaren geleden van start is gegaan.

Dit is/was geen hervorming of vernieuwing .
De beschotten werden behouden en het watervalsysteem bestaat nog altijd.
Men legt ook veel te veel te nadruk op werken met de handen.

De kerncomponenten van techniek zijn immers begrijpen, hanteren en duiden. Er is te weinig aandacht voor begrijpen en duiden. Op alle niveaus moet techniek begrepen worden en in verband gebracht worden met milieu en de maatschappij.

Duaal leren staat haaks op poging om het technisch onderwijs uit het verdoemhoekje te halen.

Ook het invoeren van STEM opleidingen in het ASO doen het technisch onderwijs de das om.

Als men verder blijft denken over technisch onderwijs zoals in het artikel beschreven gaat men volledig de verkeerde weg op en is het ten dode opgeschreven .

Er is werk aan de winkel om het tij alsnog te kunnen keren.
Maar niet op de wijze zoals in het artikel beschreven

Reageren
E

Eric Maertens

7 juni 2023

Ik wil er nog graag het volgende aan toevoegen.

Het was noodzakelijk geweest bij de hervorming dat de verantwoordelijken van het nijverheidsonderwijs meer op hun strepen hadden gestaan. Dan hadden de politici beslissingen moeten nemen die niet verder het technisch onderwijs in het vergeethoekje houden.
Hoe dan ook de “watervalperceptie “blijft bestaan. Zelfs het nijverheidsonderwijs cultiveert een watervalsysteem (TSO,BSO) binnen hun eigen muren!
Ook ik stam uit een gezin waar met de handen werd gewerkt en dit stond /staat inderdaad in hoog aanzien Tegen ASO advies van het PMS stapte ik in 1966 een VTI binnen volgde er A3, A2 en werd tenslotte technisch ingenieur. Werkte enkele jaren in het privé. Koos bewust voor onderwijs. Heb ongeveer 20 jaar les (technische vakken en wiskunde) gegeven en ben een 20 tal jaar TAC geweest. En ben nu altijd docent binnen Syntra . Ben o.a. ook medewerker geweest aan het project TOS21 (Techniek op school voor de 21ste eeuw) . Ben lid geweest van verschillende leerplan commissies,…. .
Heb het nijverheidsonderwijs in al zijn aspecten doorlopen en de kans gekregen om het vanuit vele standpunten te leren kennen en doorgronden.
Het gezegde “Rijke geest, fijne hand” is me mijn volledig carrière bijgebleven. En beschrijft zeer goed wat het technisch onderwijs zou kunnen zijn.
Wat stel ik vast dat de verantwoordelijken (directies, pedagogisch begeleiders, enz..) steevast de nadruk leggen op de fijne hand en schromelijk de rijke geest vergeten.
Daar zit juist het probleem teveel nadruk op het “product” en weinig of geen op het “proces”. Wat een totale verkeerde perceptie voor de buitenwereld tot gevolg heeft.
Ik huiver als ik directies van nijverheidsscholen op de barricade zie staan die geld vragen om machines te kunnen kopen om te produceren. Eigenlijk zou de boodschap moeten zijn wij vragen centen om didactisch hulpmiddelen te kopen om rijke geesten te vormen zodat dat de fijne handen nog fijner kunnen worden.
Ik krijg er een slecht gevoel bij als onderwijsverantwoordelijke met (dikwijls ?, vooral? ) een ASO signatuur hun visie geven op technisch onderwijs. Men slaagt er niet in het stereotiep beeld te doorbreken. Integendeel men versterkt het.
Het is inderdaad godgeklaagd dat er moet blijven gevochten worden voor die leerlingen die (durven) kiezen voor dergelijke studierichtingen. Maar als we blijven zweren bij de achterhaalde bekrompen visie over het technisch onderwijs is dit een gevecht die niet kan gewonnen worden integendeel .
STEM in ASO en duaal leren (is het immers te begrijpen dat technisch scholen hun corebusiness zomaar uit handen geven ?) zijn daar reeds de voorbode van.
Samengevat
Dringend gezocht “Een progressieve visie en beleid voor het technisch onderwijs”

Reageren

Laat een reactie achter