Specialist
Hoe reageer je als een leerling kampt met zelfmoordgedachten?
In een klas van 20 leerlingen denken gemiddeld 4 jongeren aan zelfdoding. Hoe herken je de signalen? En hoe reageer je als leraar? “Durf doorvragen”, zegt Gwendolyn Portzky van het VLESP. “Zelfmoord is een zwaar thema, maar net door het te benoemen en open te breken, halen we jongeren uit die donkere gedachten.”
Gwendolyn Portzky, klinisch psycholoog en directeur van het Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie (VLESP): “22 procent van alle Vlaamse jongeren tussen 11 en 18 jaar kampt met zelfmoordgedachten. Dat blijkt uit de meest recente internationale HSBC-studie, die 20.000 Vlaamse jongeren bevroeg. Dat cijfer is gevoelig gestegen tegenover de periode vóór corona. In vergelijking met oudere leeftijdsgroepen overwegen jongeren vaker zelfdoding. Ook het aantal pogingen ligt hoger, maar tot effectieve suïcide komt het minder vaak. Toch is zelfmoord de belangrijkste doodsoorzaak bij 15- tot 19-jarigen.”
“Elke jongere zit soms slecht in zijn vel door een dip of ruzie met vrienden. Periodes van onzekerheid of negatieve gevoelens zijn heel normaal in de puberteit en leiden absoluut niet zomaar tot zelfmoordplannen. Maar wanneer zijn donkere gedachten niet langer onschuldig? Als leraar is het niet altijd gemakkelijk om dat onderscheid te maken. Wanneer je meerdere signalen oppikt, gespreid over een periode van weken of maanden, mag je echt wel aan de alarmbel trekken.”
Op welke signalen moet je letten?
Verandering in emoties
Gwendolyn Portzky: “Wanneer een leerling die je kent als rustig plots uitvliegt tegen medeleerlingen of snel boos reageert, is er misschien meer aan de hand. Andere signalen: iemand die voor kleine zaken begint te huilen of net extreem schommelt tussen uitgelaten en heel verdrietig.”
Verandering in gedrag
Gwendolyn Portzky: “Plots roekeloos gedrag tonen – ‘het kan me allemaal niet meer schelen’ – kan wijzen op donkere gedachten of zelfs zelfmoordgedachten. Wees vooral waakzaam voor opvallende veranderingen in sociaal gedrag. Jongeren die anders altijd met vrienden en medeleerlingen optrekken, maar nu hun boterhammen alleen opeten en zich afzonderen: dat mag je niet negeren.”
Verbale signalen
Gwendolyn Portzky “‘Ik zie het niet meer zitten’ of ‘het heeft allemaal geen zin meer’: belangrijk om die uitspraken ernstig te nemen. ‘Wie erover praat, doet het niet’, hoor je soms. Maar dat klopt niet. Het merendeel van de jongeren die suïcide heeft gepleegd, gaf vooraf signalen. Je kan zelfdoding niet voorspellen, maar doe zulke uitspraken alsjeblief niet af als een roep om aandacht.”
5 stappen naar hulp
Stap 1. Maak contact
Gwendolyn Portzky: “De eerste en belangrijkste stap is in gesprek gaan. Hoe? Zoek het niet te ver: ‘Ik kan me vergissen, maar ik merk dat er iets is veranderd aan jou.’ of ‘Ik maak me zorgen en zou er graag even over praten.’ Heb je zelf moeite om het gesprek aan te gaan, of voel je je niet goed geplaatst, vraag dan aan een collega om de leerling aan te spreken. Wat je ook doet, hou je bezorgdheid niet voor jezelf.”
“Niet elke leerling zal ingaan op je vraag om een gesprek. Sommige jongeren voelen zich overweldigd, of zijn verbaal niet zo sterk. ‘Oké, geen probleem, maar weet dat je bij mij terecht kan’: je hoeft niet te pushen, maar geef ook niet te snel op. Geef aan dat je af en toe zal checken hoe het met hen gaat. Of stel alternatieven voor: misschien voelen ze zich niet gemakkelijk bij een gesprek, maar willen ze wel met iemand anders praten, een berichtje sturen of het neerschrijven. Jonge leerlingen kan je voorstellen om een tekening te maken.”
“Gaan ze in op je uitnodiging? Luister en toon erkenning. Niet: ‘die ruzie is toch niet zo erg? Daar moet je je toch niet zo verdrietig over voelen?’ Wel: ‘dat moet lastig voor je zijn’. Ook belangrijk: durf doorvragen. Vraag hoe ze zich voelen, wat ze exact bedoelen met bepaalde woorden of hoe vaak ze met die gedachten zitten. We hebben de neiging om woorden als zelfmoord te vermijden, maar het is net cruciaal om die gevoelens bespreekbaar te maken. Door het te benoemen, maak je opening voor hulp.”
Stap 2. Wijs de weg
Gwendolyn Portzky: “De volgende stap is leerlingen begeleiden naar hulp. Dat betekent niet dat je meteen met oplossingen moet komen, wel dat je jongeren kan informeren over mogelijke hulp en samen bekijkt wat ze haalbaar vinden. Bespreek opties zoals Awel, de Zelfmoordlijn, JAC , CLB chat. Of de huisarts, die kan doorverwijzen naar een psycholoog. Wat zien ze zelf zitten? Hoe denken ze dat een gesprek met het CLB, de huisarts of een zorgleraar zal verlopen? Kloppen die verwachtingen?”
“Voelt de stap naar praten te groot voor een jongere, dan zijn er ook andere mogelijkheden. Denk aan de app BackUp, die laagdrempelig tools aanbiedt om zelf aan de slag te gaan met zelfmoordgedachten.”
Stap 3. Betrek naasten
Gwendolyn Portzky: “Als een leerling je in vertrouwen vertelt over zelfmoordgedachten, moet je dan de ouders inlichten? Het is delicaat, maar beloof geen geheimhouding. Geef van bij het begin aan dat het goed zou zijn om de ouders te betrekken. Ligt dat moeilijk? Werk stap voor stap, ga niet achter de rug van de leerling om. En betrek indien mogelijk ook collega’s en leerlingbegeleiding om een sterk vangnet rond die leerling te bouwen.”
Stap 4. Volg op
Gwendolyn Portzky: “‘Ik ben blij dat je hulp zoekt, is het oké dat ik af en toe eens vraag hoe het met je gaat?’ Blijf ook na die eerste stappen betrokkenheid tonen. Soms stoppen jongeren na enkele sessies bij een psycholoog omdat het niet klikt. Net dan is het belangrijk om hen niet te los te laten, om hen te motiveren om verder te zoeken. Bewaken dat ze niet ontmoedigd raken, want dat risico is reëel.”
Stap 5. Werk preventief
Gwendolyn Portzky: “Dat individuele leraren gepast reageren op leerlingen met zelfmoordgedachten, is één ding. Maar ga ook als school met het thema aan de slag. Je beleidsplan hoeft niet specifiek over suïcide te gaan, maar toch op zijn minst over leerlingen die kampen met psychologische moeilijkheden. Bespreek met leraren wie wat opneemt, reik handvatten aan en zorg dat iedereen leerlingen de weg kan wijzen naar laagdrempelige hulp.”
“Maak ook concreet wat je doet rond preventie. Onderzoek is duidelijk: psychische problemen bespreekbaar maken, heeft een positief effect op het welzijn van jongeren. Geef er aandacht aan in het lessenpakket. Gooi de vraag op: wat is dat eigenlijk, mentale gezondheid?”
“Toon waar jongeren terechtkunnen met hun vragen of problemen. Bespreek de voordelen, maar ook de gevaren van sociale media. Zodat ze inzien hoe de logaritmes achter sociale media hen al snel een eenzijdig (wereld)beeld voorschotelen. Die bespreekbaarheid maakt verschil. Zelfdoding is een zwaar thema, maar het is nooit te laat. Het merendeel van de jongeren die we bereiken, slaagt erin om uit het dal te kruipen.”
Log in om te bewaren
Laat een reactie achter