Vlaanderen
Klasse.be

Zo doen zij het

Hoe overleef je je eerste jaar als directeur?

  • 11 oktober 2024
  • 5 minuten lezen

Je team leiden, een nieuwbouw opstarten, tuchtprocedures, vergadering na vergadering … De job van directeur is op zijn minst pittig te noemen. Hoe overleef je je eerste jaar als directeur? Hoe wordt de job minder eenzaam en waar zitten de quick-wins? 3 directeurs behoeden je voor valkuilen en delen tips.

Portret Charlotte Vanderstuyft

“1e jaar als directeur? Focus op de olifanten”  

Charlotte Vanderstuyft,
2e schooljaar als directeur, Middenschool Voskenslaan, Gent

Charlotte Vanderstuyft: “Bij mijn eerste jaar als directeur voelde ik de druk: verantwoordelijk zijn voor 80 personeelsleden en 500 leerlingen is niet niks. Ik krijg als nieuwe directeur gelukkig tips en ondersteuning van 2 beleidsmedewerkers. Door een gedeelde agenda blijft onze taakverdeling transparant. Zij vangen in de ‘jungle’ van een schooldag de ‘konijnen’ die voortdurend uit het struikgewas opspringen: de dagelijkse uitdagingen op school. Ik kan terwijl gerichter de ‘olifanten’, schoolbeleid, visie …, bestuderen. Dan plaats ik een bordje op mijn deur.”

“Als startende directeur is het niet nodig alles alleen te doen. De bal terugkaatsen naar je team verlicht je job. Een collega die een kei is in plannen? Misschien kan die aanzet doen voor de organisatie van een meerdaagse schoolreis? Moeilijk gedrag in de klas: je team kent vast zelf heel wat methodes die ze dan meteen samen kunnen toepassen. Elke dag probeer ik tijd te maken voor koffie of lunch tussen mijn team, dat is voor mij een grote energiegever en ik ken de sterktes van mijn team.”

“Vorig schooljaar trokken we met alle directies van de scholengroep op weekend. Je merkt dat je op dezelfde lijn zit, dezelfde kwesties moet tackelen. Je voelt je gesteund: ik kreeg tips over hoe je kan omgaan met weerstand in je team en maar even goed konden we bij elkaar terecht voor wat broodnodige ontspanning. Loop ik nu vast met een probleem dan bel ik een collega voor raad. Ook om onze visie of het beleidsplan na te lezen ga ik bij hen te rade. Sluit je niet op: je team, de scholengemeenschap, andere directeurs, het schoolbestuur … zijn partners. En wees niet bang om fouten te maken, iedereen heeft recht op een leerproces.”


Portret Bram Tollenaere

“Durf de riem eraf gooien”

Bram Tollenaere,
2e schooljaar als directeur, GBS De Puzzel, Lebbeke

Bram Tollenaere: “Ik startte als ‘buitenstaander’ in een gerodeerd team, dat gaf mij wat ruimte. Ik gebruikte het eerste schooljaar dan ook om te ontdekken wat het team belangrijk vond maar ook om mee te geven waar ik als nieuwe directeur voor sta. Ik ging op klasbezoek, praatte met ouders en vrijwilligers. Rond Kerst was het tijd voor een eerste verandering: de pedagogische werkgroepen kregen een tweede leven. Dat vroeg meteen extra engagement van het team. Uiteraard kwam er weerstand: door te luisteren naar de verzuchtingen en open te communiceren over de oorzaak en het doel vlotte de samenwerking uiteindelijk.”

“Ik ben op school tussen 8 en 18 uur en begeleid na schooltijd mee de naschoolse opvang. Daarna fiets ik naar huis en gaat de riem eraf. Zo leef ik ons deconnectiebeleid ook zelf voor: ’s avonds en in het weekend moet je niet meteen een antwoord verwachten. Ik geef me 100 procent maar onthecht zijn, houdt het voor mij leefbaar.”

“Je bent nooit echt voorbereid op een job als directeur, het is best overweldigend. De job is in niets te vergelijken met leraar zijn en zorgt thuis voor meer afwezigheid, fysiek en mentaal. Het is belangrijk dat je gezin dat weet. Zo’n eerste jaar is zeker pittig: avondvergaderingen, eetfestijnen, schoolraden … En dat bovenop het leren aansturen van een team. Directeur zijn laat mij wel meer dan vroeger toe om mensen te helpen. Ik ben nu een luisterend oor voor ouders, leraren en leerlingen. Een leraar die komt zeggen dat die zich goed in zijn vel voelt met jou aan het roer: dat doet deugd.”


Portret Heidi Vanslambrouck

“Zet vaste blokken in je agenda”

Heidi Vanslambrouck,
4e schooljaar als directeur, buso De Pinker, Poperinge

Heidi Vanslambrouck: “Ik ben directeur van 3 vestigingen. Op 1 plek heb ik mijn bureau, in de andere vestigingen kom ik minstens 1 keer per week. Dan kies ik bewust om stand-by te zijn: een leraar afwezig of een leerling die het moeilijk heeft? Ik spring in, ook voor de klas. Ook plan ik op elke locatie wekelijks een middagtoezicht. Een grote, maar waardevolle tijdinvestering: ik voel de verbinding met het team en de leerlingen. En ik win tijd op klassenraden omdat ik snel weet over welke leerling het gaat.”

“Terugkerende tijdsblokken voor overleg, duidelijk zichtbare beschikbare momenten én to do’s: ik organiseer mijn agenda grondig en hou zo overzicht over mijn taken. Door wekelijks vaste momenten te nemen voor vergaderingen met leraren, ondersteunend personeel en ouders, blijft iedereen op de hoogte en speel je kort op de bal bij problemen. Dat geeft ook mij minder stress.”

“Onze school telt ongeveer 70 personeelsleden. Iedereen wil graag zijn idee of bezorgdheid met me delen, en mijn deur staat altijd open. Ik kom uit het schoolteam en had wel wat banden op school, collega’s die ik ook als vrienden beschouw, dat maakt de drempel laag. Om in mijn nieuwe rol  te groeien, nam ik toch bewust wat meer afstand. Dat was niet makkelijk en maakte me soms eenzaam. Je mag alles wat bij zo’n nieuwe rol komt niet onderschatten maar ook niet vrezen. Het lukt wel.”


Leiding geven aan een school is uitdagend én omvangrijk. Het kernprofiel voor schoolleiderschap geeft je richting, waardering, ondersteuning en inspiratie. Het bevat essentiële praktijken om een school te leiden die je naar je eigen context kan vertalen.

Lotte Kerremans

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


Laat een reactie achter