Zo doen zij het
“ICT-beleid start niet met laptops kopen”
Het schoolteam van het Scheppersinstituut (Mechelen) maakte de digitale omslag: ICT in elk vak, een laptop voor elke leerling. “Maar kom eerst met een pedagogische visie”, waarschuwt directeur Veerle Scheirs. “Zodat die laptops een nuttig middel worden, en geen doel op zich.”
Veerle Scheirs: “Wat vinden we als school belangrijk? En hoe kan digitalisering ons daarbij helpen? We stelden een kerngroep samen met geïnteresseerde leraren. Een divers team van 7 mensen klopte 3 duidelijke doelen af. Op 1: gelijke onderwijskansen. Niet elk gezin heeft een goede computer in huis, en dat verschil leidt tot ongelijkheid. Ten tweede: onderwijs op maat. Elke leraar komt handen tekort om in zijn klas voldoende te differentiëren, dus zoeken we technologie die hem kan ondersteunen.”
“Het derde punt op onze lijst was ICT-integratie. Geen extra laag bovenop wat bestaat, maar een aanpak die vervlochten zit in ons onderwijs. Geen computerklas, maar elk lokaal digitaal. Geen informaticalessen, maar ICT-kansen in elke les. En geen ICT-leraar, maar elke leraar een digitale leraar.”
Teach the teacher
Veerle Scheirs: “Wat hebben jullie nodig om die doelen te bereiken? Een behoefteanalyse bij het team vertelde ons dat leraren inspiratie en praktische ondersteuning zochten. Op pedagogische studiedagen toonden we de kansen van digitalisering, van kleine hacks tot verre toekomstmuziek. En via verschillende kanalen boden we ondersteuning: een nieuwsbrief met tips, een ICT-café om tips en tools uit te wisselen of mininascholingen.”
“De verschillen binnen je team zijn gigantisch, dus differentiëren we naar het team net zoals naar onze leerlingen. Early adopters zoeken zelf wel hun weg en kunnen collega’s inspireren, anderen zijn vertrokken met wat aanwijzingen links en rechts. Maar wie amper voorkennis heeft, moet je intensief begeleiden. In je eentje is de drempel groot om een nieuwe tool uit te proberen, maar als je eens co-teacht, lukt het wel. En met een collega naast je loop je niet verloren in de mogelijkheden van je online leerplatform.”
“Verandering kost tijd. Niet elke keuze draait goed uit, je botst op weerstand of experimenten draaien in de soep. Maar het kantelpunt voel je haarfijn aan. In ons geval was dat het Eric-effect. Eric is een collega die bijna op pensioen gaat, een gerespecteerde leraar die voor een goede les niet meer nodig had dan een bord en een stuk krijt. Toen hij op een pedagogische studiedag rechtstond en enthousiast vertelde over de nieuwe kansen die hij ontdekte dankzij digitalisering, wist ik: die trein is vertrokken, en hij valt niet meer stil.”
Visie en aankoopprocedures
Veerle Scheirs: “Als je bij een directeur naar zijn ICT-beleid peilt, gaat het gesprek al gauw over hardware en software. Een begrijpelijke valkuil, want de financiële keuzes wegen door, Digisprong of niet. Vergis je niet: ICT-beleid start bij je pedagogische visie, niet bij aankoopprocedures. 2 jaar kostte het ons om met het hele team een beleid uit te bouwen.”
“Bij de keuze van toestellen hanteren we 2 criteria: prijs-kwaliteit en uniformiteit: elke leerling dezelfde laptop, een groepsaankoop via de school. Niet enkel voor gebruiksgemak, ook met onze gelijke onderwijskansen in het achterhoofd. Niemand die kan pronken met het laatste nieuwe snufje, niemand die zich moet behelpen met een prehistorisch model.”
“Softwarekeuzes laten we vrijer. Smartschool en Microsoft Teams zijn bij ons de stabiele factoren. Voor basistaken vermijd je liefst een wildgroei aan kanalen. Maar daarnaast bestaat een hele wereld die constant verandert. Gun je team de kans om op ontdekking te gaan, dan rolt innovatie vanzelf je school binnen. BookWidgets was een paar jaar geleden onbekend maar is nu vaste prik. En terwijl elke leerling vandaag wel eens met Kahoot! quizt, maakt die app over een paar jaar misschien plaats voor iets nieuws.”
Vervang – versterk – pas aan – ontwerp
Veerle Scheirs: “Laptops maakten de aankoop van de Bijbel of een rekenmachine overbodig. Maar elke leerling een eigen laptop zonder hogere schoolrekeningen? Ons lukt het nog niet helemaal, al streven we er wel naar. Die extra kost mag een leerling niet tegenhouden om voor onze school te kiezen. Je kan de betalingen spreiden, en waar nodig springt ons sociaal fonds bij. Intussen proberen we dure methodes aan de kant te schuiven door meer en meer digitaal te werken.”
“Elke leraar kan zijn lessen digitaliseren, al hoef je niet altijd even ver te gaan. Soms vervang je een bestaande opdracht simpelweg door een digitale. Een woordenschattoets is daar een eenvoudig voorbeeld van. Of je versterkt een opdracht door een digitaal luik toe te voegen of de inhoud hier en daar om te gooien.”
“De meest ingrijpende optie? Nieuw lesmateriaal met mogelijkheden die je op papier onmogelijk kan verkennen. Onze vakgroep wiskunde ontwikkelde een lespakket statistiek voor de tweede graad, de leraar fysica een volledig geïntegreerde digitale cursus. Dat materiaal maakt die droge materie heel concreet voor leerlingen, met toepassingen en werkvormen die je op papier nooit kan inzetten.”
Leraar wordt uitgever
Veerle Scheirs: “Niet elke leraar voelt zich zeker genoeg om zelf een cursus te ontwikkelen. Een aantal collega’s krijgt ruimte om anderen te begeleiden. De sleutel: samenwerking. Als je in je eentje volledig digitaal gaat, begeef je onder de werkdruk. Maar als je collega een kei is in instructiefilmpjes, kan jij intussen oefeningen en verbetersleutels op punt zetten.”
“We stellen onszelf haalbare deadlines om papieren methodes af te bouwen. Vooral leerwerkboeken, omdat die zo duur zijn en je de kost niet kan spreiden over een aantal jaren. Ook uitgeverijen maken de overstap naar digitaal, maar dat gaat traag. Ik ben ervan overtuigd dat hun rol verandert. Als de digitalisering zich doorzet, zullen leraren nóg meer materiaal delen, van eenvoudige oefeningen tot semi-professionele instructiefilmpjes. Dat wordt wennen voor het businessmodel van uitgeverijen.”
Papier vergaat niet
Veerle Scheirs: “Geen papier meer als het van mij afhangt? Dat niet. Enerzijds omdat het soms nog te complex is: voor onze eerste graad kochten we enkele papieren atlassen omdat je die zoekopdrachten nog niet digitaal kan simuleren. Anderzijds omdat pen en papier ook hun waarde hebben. Om de accenten op un élève in de vingers te krijgen, of om te leren noteren. Zodat je niet gedachteloos de woorden van je leraar intikt, maar informatie selecteert en in een helder schema giet.”
“We klappen de laptops geregeld dicht. Die schermpjes blijven een middel, geen doel op zich. Directe instructie, de leraar die vertelt: efficiënt, waardevol én aangenaam voor leraren en leerlingen. ”
“Meer kansen om te differentiëren, maar net zo goed minder verbeterwerk omdat het automatisch kan: leraren zien de voordelen van digitalisering, al is het voor iedereen wennen. ‘Ik sta meer achter mijn klas dan ervoor’, benoemde een van mijn leraren zijn nieuwe rol. Je moet nu eenmaal hun scherm zien om te weten waar je leerlingen mee bezig zijn. En dus beland je in een andere vorm van klasmanagement en een meer coachende rol.”
“Levert onze digitale omslag iets op? Corona maakt een eerlijke vergelijking onmogelijk, maar we hebben wel de indruk dat we het leerproces van onze leerlingen efficiënter begeleiden. Vergeet ook niet dat afstandsonderwijs en digitalisering 2 verschillende zaken zijn. Bij de eerste lockdown maakten we vrij vlot de overstap naar afstandsonderwijs, maar op dit moment voelen ook wij dat we leerlingen verliezen. Of je nu op je laptop of op papier werkt: niets kan op tegen echt contactonderwijs.”
Knopvaardig maar stuurloos
Veerle Scheirs: “Als je naar een geïntegreerde ICT-aanpak streeft, moet je de ICT‑doelen in het leerplan scherp in de gaten houden. Voor onze eerste graad goten we alles daarom in een grote spreadsheet: alle vakken op de ene as, de doelen op de andere. Zo maak je duidelijke afspraken en weet iedereen dat je grafieken leert maken bij aardrijkskunde, de leraar geschiedenis een kritische kijk biedt op online opzoekwerk en dat leerlingen bij pakweg godsdienst voor het eerst een presentatie maken.”
“We overschatten de digitale skills van leerlingen. Ze zetten ons op het verkeerde been omdat ze zo knopvaardig zijn, en in een razende vaart van hot naar her klikken. Maar hoe sla je een bestand op zodat je het later terugvindt? Hoe krijg je een overzichtelijke mappenstructuur? Ook die basisvaardigheden moeten we ze nog leren, net zoals ze vroeger een blauw mapje kregen voor taken en een rood voor toetsen.”
“‘Download een document van Smartschool, bewerk, sla op en upload opnieuw’: elke eerstejaars krijgt die opdracht voor het eerst tijdens hetzelfde lesuur. Of hij nu Frans, wiskunde of plastische opvoeding heeft. Geen contextloze oefening tijdens de les informatica, maar een handeling die je op dat moment voor dat vak écht nodig hebt. Daar kruipt tijd in, maar tegen Kerstmis merken we dat die inspanning loont. Een leerling die op het einde van de les in paniek aan je mouw trekt omdat hij zijn bestand ‘kwijt’ is en niet kan uploaden? We kunnen dat voorkomen.”
Altijd weer waarom
Veerle Scheirs: “De omslag naar digitaal gaat snel. Binnenkort weten we niet meer dat het ooit anders was. Belangrijk is dat je blijft onthouden waarom je eraan begon. Met duidelijke communicatie over praktische zaken zoals de garantie op laptops of de software die je gebruikt. Maar vooral telkens weer het waarom centraal. Zodat ICT een middel blijft en niet in de weg staat van dat ene doel: sterk onderwijs voor elke leerling.”
Wil je een ICT-beleidsplan voor je school opstellen of je ICT-beleidsplan controleren op verbeterpunten? Check de ICT-beleidsplanner van het Kenniscentrum Digisprong.
Wie is Veerle Scheirs?
Veerle Scheirs is sinds september 2017 algemeen directeur van het Scheppersinstituut in Mechelen. Daarnaast begeleidt ze bij Domo de Refontiro scholen in innovatie en -transformatieprocessen.
Het actieplan Digisprong wordt gefinancierd door het herstelplan NextGenerationEU van de Europese Unie.
Log in om te bewaren
Erik
20 april 2021Geen enkel verkeerd woord of gevoel, dit sluit naadloos aan bij hoe ik het zou aanpakken. Mooi.
Francois
25 april 2021"Geen informaticalessen, maar ICT-kansen in elke les. En geen ICT-leraar, maar elke leraar een digitale leraar," en vervolgens in dezelfde adem stellen dat we "de digitale skills van leerlingen [overschatten]. Ze zetten ons op het verkeerde been omdat ze zo knopvaardig zijn." Die term 'knopvaardig' is een mooie identificatie. Heeft iemand zich de vraag al eens gesteld - met alle respect - hoe knopvaardig versus digivaardig collega-leerkrachten van andere vakdidactieken werkelijk zijn? Mag ik aannemen dat pakweg elke Aardrijkskunde- of Chemie-leerkracht kan uitleggen hoe het OSI-model in elkaar zit, wat ICMP-tunneling inhoudt en hoe XOR-encryptie werkt? Maar ach, dan vergeet ik even voor het gemak dat met de nieuwe eindtermen de streefdoelen voor computationeel denken zijn gereduceerd tot bestandenbeheer en auto-correctie. Dan begrijp ik ook wel de stellingname dat "ICT een middel blijft"; makkelijk te behappen, niet diepgravend genoeg.
Laat een reactie achter