Vlaanderen
Klasse.be

Video

Als de bom ontploft: reageren op uitdagende uitspraken in je klas

  • 22 mei 2024
  • 5 minuten lezen

Veroorzaken gevoelige thema’s of extreme uitspraken soms spanning in jouw klas? En weet jij ook niet altijd hoe te reageren? “Met de juiste technieken bouw je een escalerend conflict af en het constructieve gesprek op”, stelt Sam Mampaey (Educatief medewerker Demoklap, Atlas vzw) gerust.

Bekijk de video: Heftige uitspraken: negeren of corrigeren?

Negeren of corrigeren?

Sam Mampaey: “Soms besluit je als leraar om een heftige uitspraak te negeren. Je hebt geen tijd, of er gaan duizend-en-een vragen, twijfels en bezorgdheden tegelijk door je hoofd. Al die overwegingen leiden er uiteindelijk toe dat je de uitspraak laat passeren. Dat heet handelingsverlegenheid. Maar ook zwijgen is communiceren. Je zegt in feite dat het oké is om zulke uitspraken te doen. Bovendien ondermijn je het veilige klasklimaat voor leerlingen die zich door de uitspraak aangesproken voelen.”

“Een andere leraar zal dan weer de drang voelen om de leerling snel en kordaat te corrigeren. ‘Dat soort uitspraken duld ik niet.’ Of: ‘Wat jij zegt, is fout!’ Dat noemen we handelingsdrang. De leerling zal zwijgen omdat jij je autoriteit gebruikt. Zo leert die dat er voor afwijkende meningen geen plaats is in de klas. Gevolg? Ook bij andere topics zal de leerling zich niet langer uitspreken, of erger: zich compleet voor je afsluiten.”

“Beide reactiestijlen zijn menselijk, maar hebben niet het gewenste effect. Je verhindert in beide gevallen dat leerlingen reflecteren over een uitspraak. Je leert hen niet open te staan voor nuance, of hun mening op een constructieve manier te verwoorden. Je gaat niet met hen in dialoog. Terwijl net dat de sleutel is om verdere polarisering in je klas tegen te gaan.”


Bekijk de video: Hoe reageer je sterk op polariserende uitspraken?

6 vuistregels voor een goeie reactie

1. Begrens en nodig uit

Sam Mampaey: “Begin met een heftige uitspraak te begrenzen. Geef duidelijk aan dat je aanvallende taal niet goedkeurt. Daarmee geef je een signaal naar de leerling én de rest van de klas: veiligheid staat voorop in deze klasgroep.”

“Geef ook aan dat je open staat voor een verder gesprek. Daarmee maak je duidelijk: ‘Ik wijs jouw taal af, maar ik wil jou wel horen.’ En dus ook: ‘Afwijkende meningen hebben een plaats in deze klas, maar alleen wanneer die op een respectvolle manier worden geuit.’”

“Luister goed naar wat er achter de uitspraken schuilgaat. Een scherpe uitspraak krijgt meestal brandstof door emotie. Wanneer je die emotie boven water krijgt, is het makkelijker om in te zetten op verbinding en herstel. Iederéén is wel eens boos of bang. In die herkenning zit stof voor een interessant klasgesprek.”

2. Kies een positie in het midden

Sam Mampaey: “Kies geen kamp, maar ga in het midden staan. Dat kan je doen door een uitspraak terug te kaatsen naar de klasgroep: ‘Wat denkt de rest?’ Een medeleerling die een uitspraak nuanceert, of er heel anders over denkt en dat ook durft verwoorden, komt krachtig binnen.”

“Komt er geen nuance uit de klasgroep? Breng dan de tegenstem veilig in de klas door advocaat van de duivel te spelen. ‘Sommige mensen denken daar heel anders over. Kunnen jullie dat begrijpen?’ Zo behoud jij je rol in het midden en blijf je weg van een spel dat draait om winnen of verliezen.”

3. Stel samen gespreksregels op

Sam Mampaey: “Stel vooraf duidelijke gespreksregels op. Laat die van de leerlingen zelf komen. Je zal zien: iedereen wil een gesprek op een respectvolle manier. Wanneer er dan toch een uitschuiver gebeurt, kan je makkelijk verwijzen naar het contract dat jullie samen hebben opgesteld.”

4. Breng structuur in het gesprek

Sam Mampaey: “Een klasgesprek over een gevoelig thema heeft de neiging naar alle kanten tegelijk te springen. Probeer dus zo goed mogelijk te structureren. Begin bijvoorbeeld met de verschillende meningen te inventariseren. Soms merk je dat voorkennis over het onderwerp ontbreekt. Dan kan je een inleidende les geven die de discussie later veel rijker maakt.”

“Gebruik het schema met meningen als leidraad voor het gesprek. Zo weten je leerlingen dat hun standpunt zeker aan bod komt. Roepen hoeft niet, je creëert rust en ruimte om te luisteren. Bewaak ook goed de tijd en rond een gesprek tijdig af. Een consensus is niet het doel. Besluiten dat je het eens bent om het oneens te zijn, is ook een conclusie.”

5. Gebruik humor

Sam Mampaey: “Humor is een krachtig wapen om een heftige discussie lucht te geven. Een grappige opmerking of anekdote kan een verhit gesprek ontwapenen. Maar pas er wel mee op. Gebruik alleen humor wanneer het in jouw stijl past. Geforceerde grapjes werken niet. Authentiek zijn, is veel belangrijker.”

6. Communiceer verbindend

Sam Mampaey: “Wees zelf een voorbeeld. Neem een communicatiestijl aan waarvan je hoopt dat je leerlingen leren en die kopiëren. Daarvoor bestaan heel wat ezelsbruggetjes. Het allerbelangrijkste: vul niet in voor een ander en ga op zoek naar wat er achter die lastige uitspraken schuilt.”


Bekijk de video: Hoe klaar is jouw klas voor gevoelige thema’s?

Bouw aan vertrouwen met 4 veiligheidsvragen

Sam Mampaey: “Een klasdiscussie over een gevoelig onderwerp veronderstelt veel veiligheid en vertrouwen in een klasgroep. Wanneer dat ontbreekt, zal een klasdiscussie over een gepolariseerd thema de spanningen enkel vergroten. Maar élke groep kan groeien in vertrouwen. Het model van de vertrouwensdriehoek telt 4 achtereenvolgende veiligheidsvragen die je richting geven.”

1. Is het veilig in deze groep?

Sam Mampaey: “In een nieuwe klasgroep zijn leerlingen elkaar, de klasomgeving en jou nog volop aan het aftasten. Zet daarom eerst in op duidelijke regels, afspraken en routines. Zo verhoog je de voorspelbaarheid en het veiligheidsgevoel in de klas. Gebruik werkvormen die gericht zijn op kennismaken en vertrouwen. Stel samen gespreksregels op: hoe ziet wederzijds respect eruit in onze klas? Werk aan basisvaardigheden als leren luisteren en elkaar laten uitpraten.”

2. Heb ik medestanders, hoor ik erbij?

Sam Mampaey: “Wanneer leerlingen zich veilig voelen, willen ze weten of ze passen in de nieuwe groep. Laat hen dus ontdekken dat ze, ondanks verschillen, ook best veel gemeenschappelijk hebben. Hebben leerlingen dezelfde talenten, hobby’s of struikelblokken? Identificeren ze zich met dezelfde groepen of personen? Dat gemeenschapsgevoel is een belangrijke basis.”

3. Ben ik waardevol?

Sam Mampaey: “Vervolgens gaan leerlingen op zoek naar wat zij kunnen bijbrengen aan de groep. In deze fase werk je rond wat leerlingen uniek maakt. Benoem talenten en bespreek dat iedereen een meervoudige identiteit heeft: een leerling is niet alleen moslim, maar ook de jongste in het gezin, bijzonder extravert en sterk in basketbal. Een andere leerling is vluchteling, vindt het lastig om zich in woorden uit te drukken, maar is ongelooflijk goed in tekenen en muziek. Speel ook met perspectiefwissels, zo werk je aan empathie in de groep.”

4. Mag ik anders zijn?

Sam Mampaey: “In het vierde en laatste niveau van de vertrouwensdriehoek vraagt een leerling zich af of er voldoende vertrouwen is in de groep om anders te zijn. Dus ook: ‘Mag ik een mening uiten die de klasgroep niet deelt?’ Pas in deze fase is het veilig genoeg om maatschappelijk polariserende thema’s in de klas te brengen en daarover constructief in discussie te gaan.”



Sam Mampaey werkt voor atlas, het centrum voor integratie en inburgering Antwerpen. Met het project DemoKlap wil atlas leerkrachten versterken in omgaan met uitdagende uitspraken en thema’s. Je vindt heel wat gratis lesmateriaal en methodieken voor in de klas op hun website.

Herbekijk de webinar Focus: kunnen leerlingen nog opletten?

Robin De Vries

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren