Vlaanderen
Klasse.be

Zo doen zij het

“Wij laten leerlingen voelen dat een moeilijke thuis je pad niet bepaalt”

  • 23 september 2020
  • 5 minuten lezen

“Pedagogisch optimisme erkent de moeilijke thuissituaties van leerlingen, maar focust op hun potentieel. Voor hun zelfbeeld maakt dat een groot verschil”, zegt directeur Dimitri Meurrens van IMS in Borgerhout. Lees hoe de school deze visie vertaalt naar de praktijk. En bekijk het effect op de leerlingen.

*Dit artikel werd gemaakt in de coronatijd. Het kan daarom beelden met mondmasker of maatregelen bevatten die vandaag niet meer van toepassing zijn.

Zamzam, Houda en Sulaiman vertellen in deze video over hun grote dromen en ambities


“Onze school heeft 99,5% SES-leerlingen. Dan kan je denken: ocharme, die jongeren hebben het moeilijk thuis, laten we daar als school zo veel mogelijk rekening mee houden.’ Maar pas op welke boodschap je uitdraagt. Leerlingen moeten wel voelen dat ze iets kunnen. Anders riskeer je een selffulfilling prophecy, blijkt uit onderzoek.”

“Wij kiezen als school voor pedagogisch optimisme. We erkennen de soms moeilijke thuissituatie van onze jongeren, maar we zien ook hun kracht. Door te tonen wat er allemaal mogelijk is, leren we hun dat zij zich niet bij de feiten moeten neerleggen.”

Laat zien dat ze het waard zijn

“Een verzorgde omgeving zegt impliciet: ‘jij bent het waard om les te krijgen in een mooi lokaal, met degelijke materialen.’ Geef je bso-leerlingen inferieur materiaal, dan bevestig je het heersende beeld dat zij ook ‘tweederangs’ leerlingen zijn. Daarom investeren wij onze SES-middelen niet alleen in extra begeleiding, maar ook in goede beamers, geluiddempende plafonds en een frisse lik verf.”

“Pedagogisch optimisme geeft ook de thuiscultuur een plek op school. Leerlingen moeten voelen dat wij hun wereld willen kennen en naar waarde schatten. Als we examens inplannen, houden we bijvoorbeeld rekening met de ramadan. De leerlingenraad organiseert elk jaar een iftar (maaltijd die het vasten breekt) en we doen regelmatig kookprojecten waar leerlingen iets van zichzelf tonen.”

15% van ons personeel heeft een migratieachtergrond. Zij laten zien dat het kan: een hoger diploma halen én werk vinden

Dimitri Meurrens
directeur

“15 jaar geleden dacht ik nog: handig, die leraar spreekt Berber en Arabisch. Maar een divers lerarenteam heeft nog veel meer voordelen. Het laat zien dat het kan: een hoger diploma halen én werk vinden. Inmiddels heeft 15% van ons personeel een migratieachtergrond. Die leraren kiezen expliciet voor ons pedagogisch project, omdat we diversiteit als een rijkdom zien.”

‘Maar’ bso? Zet talenten in de kijker

“Het is goed dat leerlingen zien dat verder studeren een optie is. Maar vanuit pedagogisch optimisme is het minstens zo belangrijk om de waarde van een bso-richting uit te dragen. Want leerlingen hebben vaak het gevoel dat ze ‘maar’ bso doen. Daarom zetten we hun talenten zoveel mogelijk in de kijker.”

“Door onze locatie op de Turnhoutsebaan, de slagader van Borgerhout, zijn we een echte buurtschool. Wij stappen de wereld in en halen de wereld binnen in onze school. We doen mee aan parades als Borgerrio en de Reuzenstoet. Buurtbewoners gebruiken onze leegstaande parking om courgettes en tomaten te kweken. Zo ziet de wijk het harde werk van onze leerlingen.”

“Onze leerlingen zijn graag actief bezig. Op hun stage presteren ze vaak nog beter dan op school. Veel bedrijven zien de waarde van diversiteit op de werkvloer. Zeker in de zorgsector, waar veel vraag naar personeel is, blijven onze leerlingen plakken op hun stageplaats. En in coronatijd hebben ze die waardering nog harder gevoeld.”

“Voor onze leerlingen Kantoor en Mode is dat soms iets moeilijker, daarom geeft de school hen extra schitterkansen. Leerlingen Kantoor organiseren zelf het meertalige onthaal: op een ouderdag, maar ook op een evenement van de universiteit. Modestudenten pronken met hun ontwerpen in onze inkomhal en tijdens onze modeshow.”

Directeur Dimitri Meurrens
Dimitri Meurrens: “Jongeren zien dat hun ouders moeilijk werk vinden. Dus moet je ze ook sociaal weerbaar maken. Discriminatie bestaat, maar het hoeft je pad niet te bepalen.”

Waar het écht om gaat, is luisteren

“Pedagogisch optimisme betekent niet dat school alleen maar gezellig is. Een projectweek is tof, maar waar het écht om gaat, is luisteren. Het is belangrijk om een goed beeld van de leerling te hebben. Daarom steken we veel tijd in gesprekken met leerlingen en ouders. Als een leerling hier start, maken we een goede ‘foto’ van zijn schoolparcours en thuissituatie.”

“Kleine klassen helpen daarbij. 12 of 20 leerlingen leren kennen, is nogal een verschil. En per 100 leerlingen hebben we een minilerarenteam met een vaste coördinator. Zij spelen kort op de bal, bijvoorbeeld als een leerling spijbelt.”

“Bij problemen contacteren we direct de ouders. De meeste wonen hier in de buurt en springen gemakkelijk binnen. Maar die ouderparticipatie ontstaat niet vanzelf. Wij verwachten iedereen op het oudercontact. Ook als het goed gaat, willen we dat benadrukken.”

“We werken met tolken, zelfs als ouders Nederlands verstaan. Want dat je een taal spreekt, wil niet zeggen dat je ook alle gevoeligheden begrijpt. Wij zien ouders als een volwaardige partner, met wie we zo genuanceerd mogelijk willen communiceren. Een heel andere boodschap dan: ‘We spreken uw taal omdat u nog geen Nederlands kan, maar eigenlijk is Nederlands beter.’ Wat natuurlijk niet wegneemt dat kennis van de Nederlandse taal belangrijk is.”

Hou ze aan boord

“We helpen leerlingen om de juiste richting te kiezen. We leren ze solliciteren. Maar jongeren zijn niet onnozel. Zeker jongeren die opgroeien in kansarmoede, weten hoe de wereld werkt. Ze zien dat hun ouders moeilijk werk vinden. Dus moet je ze als school ook sociaal weerbaar maken. Discriminatie bestaat, maar het hoeft je pad niet te bepalen.”

“Enkele jaren geleden verliet 1 op de 4 Antwerpse jongeren de schoolbanken zonder diploma, nu is dat 1 op de 5. Nog steeds een hoog cijfer, maar er is vooruitgang. Het is vooral belangrijk om schoolwissels tegen te gaan. Van één leerling zijn wij de negentiende school. Zo’n jongen voelt zich nergens verbonden en moet overal van nul beginnen. Voor scholen kruipt daar ook veel werk in. Daarom willen we, net als veel andere Antwerpse scholen, leerlingen zo lang mogelijk aan boord houden.”

“Als je de droomrichting van een jongere niet aanbiedt, lijkt heroriënteren misschien beter. Maar veel leerlingen kiezen eerst een school, en pas daarna een richting. Op zich geen ramp: in hoeverre weet een 13-jarige wat er later op z’n pad komt? Natuurlijk is de kans klein dat je fysica gaat studeren, als je een richting zonder wetenschappen deed. Toch ligt er nog veel open. En ik geloof niet dat je tot studeren komt, als je je niet goed voelt op school.”

Kyra Fastenau en Sigrid Vandemaele

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


Laat een reactie achter