“Interactief voorlezen is veel meer dan een verhaaltje vertellen. Je scherpt er executieve functies mee aan.”
Joris Van Elsen
Zo doen zij het
Voorlezen uit prentenboeken prikkelt de fantasie en brengt kleuters taal bij. Maar Joris Van Elsen en Emke Op ’t Eynde zien in hun onderzoeken nog meer positieve effecten: “Zo stimuleer je er wiskundige en probleemoplossende vaardigheden mee.” Kijk mee hoe juf Sarah dat aanpakt.
Lees verder onder de video
Emke Op ‘t Eynde, KU Leuven: “Kleuterleraren die voorlezen denken nog vaak dat ze enkel met taalontwikkeling bezig zijn. Dat is ook de focus van haast alle onderzoek naar prentenboeken. Toch zie je in de videoreportage dat er veel meer vaardigheden kunnen worden aangesproken. Nog voor juf Sarah haar boek openslaat, hebben de kleuters al geoefend met luisteren, aandachtig zijn en impulscontrole. Zelf onderzocht ik hoe je met voorlezen uit prentenboeken wiskundige vaardigheden kan stimuleren. Die zijn al vanaf de kleuterklas belangrijk voor later.”
Joris Van Elsen, Universiteit Antwerpen: “Wat juf Sarah doet, is meer dan een verhaaltje vertellen. Met het prentenboek in de hand stapt ze de wereld van haar kleuters binnen. Zonder dat die het merken, scherpt ze er allerlei executieve functies aan. In mijn onderzoek focus ik specifiek op probleemoplossend denken, een belangrijke 21e eeuwse vaardigheid. Ik constateerde dat je die door interactief voorlezen uit prentenboeken kan versterken.”
Joris Van Elsen
Joris: “Kleuters zijn in feite al geboren probleemoplossers. Ze stoten dagelijks op nieuwe problemen die ze moeten oplossen. Ze zijn daarbij veel minder gebonden aan vaste patronen dan volwassenen. Als in het boek van juf Sarah ‘vierkant’ niet door de deur van ‘driehoekje’ kan, hebben de kinderen meteen creatieve oplossingen klaar: hij kan zijdelings lopen als een krab, of misschien krimpt hij wel als we hem doen schrikken?”
“Tussen de leeftijd van 3 en 6 krijgen de executieve functies van kleuters een enorme boost. Die zijn belangrijk om problemen te kunnen oplossen. Ik ben gaan kijken of interactief voorlezen uit prentenboeken dat probleemoplossend denken verder kan stimuleren. Ik stelde vast dat vooral de variatie aan oplossingen die kleuters bedenken voor de problemen in het boek, significant toenemen. Hoe meer je het oefent, hoe beter het ook lukt en hoe leuker het wordt.”
“Leraren gaven ook aan dat kleuters na het experiment spontaan problemen begonnen op te lossen die ze tegenkomen in de klas of op de speelplaats. Plots bedachten ze nieuwe manieren om veters los te maken of gemorst water op te kuisen. Die snelle transfer naar het echte leven had ik niet verwacht.”
“Die vaardigheden zijn ook belangrijk bij het leren leren. Probleemoplossend denken haakt in op dezelfde executieve functies die ze nodig hebben om de juiste leerstrategieën toe te passen. Voor veel leerproblemen waar leerlingen pas later in hun schoolcarrière op botsen, ligt de sleutel al in de kleuterklas.”
Emke Op ’t Eynde
Emke: “Ook voor wiskunde geldt: jong geleerd is oud gedaan. Internationaal onderzoek toont hoe leerlingen die vroeg wiskundige vaardigheden ontwikkelen, daar hun leven lang voordeel uithalen in de vorm van een hogere opleiding, meer loon en zelfs een betere gezondheid. Ook hier kunnen prentenboeken een handig en laagdrempelig hulpmiddel zijn. Zeker als je ze interactief voorleest”
“De rol van de leraar is cruciaal. Ik ontdekte dat kleuterleraren amper wiskundige vragen stellen als ze voorlezen uit een boek zonder wiskundige focus. Het is daarom belangrijk om een prentenboek vooraf met een wiskundige bril door te nemen en daar tijdens het voorlezen ook op te concentreren.”
“Niet alleen het aantal wiskundige vragen, maar ook de mate van abstractie is van belang. Als juf Sarah vraagt hoeveel varkens er zijn of om de cijfers te benoemen op de pagina, kunnen de kleuters het antwoord terugvinden op de prent. Dat zijn vrij concrete vragen van niveau 1 en 2. Als ze vervolgens vraagt waarvan de kleuters ook 4 dingen hebben thuis of om een rekensom op te lossen, kunnen de kleuters dat niet meteen aflezen van de pagina. Dit zijn meer abstracte vragen die op niveau 3 of 4 thuishoren. Door voldoende af te wisselen, hou je de leerlingen betrokken en daag je hen uit.”
Joris Van Elsen haalde met zijn scriptie de shortlist van de Klasseprijs 2021. Zijn volledige onderzoek lees je hier.
Hier gaat Emke Op ’t Eynde dieper in op haar bevindingen. Het volledige onderzoek is nog niet gepubliceerd.
Deze tekst kwam tot stand binnen het project ‘Kleine Kinderen Grote Kansen’, waarbij alle lerarenopleidingen kleuteronderwijs en lager onderwijs betrokken zijn. Het project wil kinderarmoede en sociale ongelijkheid in de klas in Vlaanderen doorbreken, en voor alle kinderen grote kansen realiseren.Meer info op www.grotekansen.be
Log in om te bewaren
Magda van Tilburg
17 februari 2022Geachte Klasse-medewerkers,
Wat een geweldig onderzoek!!
Hierop anticiperend heb ik zelf een voorleessite gemaakt vol bewegende prentenboekjes, die voorgelezen kunnen worden (die functie kan natuurlijk uit). Precies om deze redenen heb ik mijn site geheel gratis gemaakt, er mag geen enkele drempel worden opgeworpen in het kader van leesbevordering en wiskunndige ontwikkelingskansen!
https://booxalive.nl/mini
Laat een reactie achter